Sabien interpelleert staatssecretaris De Backer als eerste tijdens vragenuurtje

Sabien Lahaye-Battheu: Mijnheer de staatssecretaris, welkom in het federaal Parlement. Ik wens u veel succes. Als West-Vlaamse wil ik u graag evenveel energie en doorzettingsvermogen wensen als uw voorganger, maar daar hebben wij evident alle vertrouwen in.

Mijnheer de staatssecretaris, een aantal belangrijke dossiers ligt al op uw bord. Vorige vrijdag heeft de Ministerraad u een mandaat gegeven voor de hervorming van de Privacycommissie. Let wel, de Privacycommissie is een onafhankelijk controleorgaan ingesteld door de Kamer. Mede op vraag van Europa moet de Privacycommissie echter hervormen en professionaliseren.

Wat is de situatie in ons land? Sinds 1992 hebben wij een goede privacywetgeving. Goede wetten en regels zijn belangrijk, maar zij moeten ook afgedwongen kunnen worden. De technologie is de laatste tijd enorm geëvolueerd. Persoonsgegevens zijn economisch heel erg waardevol geworden, vooral voor internationale bedrijven waarvan wij de namen allemaal kennen. Mensen zijn ook meer dan ooit bezorgd en willen dat er zorgvuldig wordt omgegaan met hun persoonsgegevens.

Tot nu toe heeft de Privacycommissie vooral een adviserende taak op zich genomen, maar dat zal ruimer moeten. Er zal een soort privacywaakhond in het leven moeten worden geroepen. Welke voorstellen zult u op tafel leggen? Wat is uw timing?

Staatssecretaris Philippe De Backer: Mevrouw Lahaye-Battheu, de Privacycommissie is vandaag inderdaad onderhevig aan een wetgeving die dateert uit 1992. De tijden zijn natuurlijk veranderd en dat vraagt dat onze Privacycommissie ook op een andere manier naar een aantal zaken kan kijken en korter op de bal kan spelen dan vandaag mogelijk is.

Er is daarnaast ook een Europese verordening die ons verplicht om ook de taken van de Privacycommissie te herbekijken en te evalueren. Dat zijn de twee grote componenten die de oorzaak van de hervorming van de Privacycommissie aantonen.

De Europese verordening vraagt inderdaad, zoals u aangeeft, dat ook administratieve boetes kunnen worden opgelegd aan bedrijven. Daardoor verandert ook voor een stuk de filosofie van de Privacycommissie, die tot nu toe een puur raadgevend en controlerend orgaan was, naar een echt administratief orgaan. Hoe wij dat zullen aanpakken, vraagt enig denkwerk.

Initieel focust mijn aanpak zich op overleg. Rond privacy is er echt nood aan overleg, in de eerste plaats met het Parlement, zoals u aangeeft. Vandaag is de Privacycommissie afhankelijk van het Parlement. Mijn bedoeling is in eerste instantie een goed overleg te hebben met de mensen hier in het Parlement om te bekijken welke weg wij moeten inslaan.

Ik wil ook overleg met de Privacycommissie zelf. Zij heeft heel veel expertise. Ook daar heeft de Privacycommissie dus zelf haar rol te spelen.

Ten derde zullen ook stakeholders en consumenten betrokken worden bij het overleg dat ik plan.

De grote lijnen zijn heel duidelijk en liggen ook voor een groot deel vast in die Europese verordening. Het moet gaan om een onafhankelijk orgaan dat ook boetes moet kunnen opleggen. Verder moet er democratische accountability zijn. Wat de professionalisering en afslanking betreft, door mijn bezoeken deze week in Nederland en volgende week in Frankrijk doen we ook inspiratie op om de Privacycommissie te professionaliseren en meer expertise in te brengen.

De conclusie is dus duidelijk voor mij. In eerste instantie zal er heel veel overleg zijn. We hebben daar een heel strakke timing voor want in mei 2018 moet die hervormde Privacycommissie in actie schieten en moet ze met onze privacy aan de slag kunnen. Zoals u weet is privacy een grondrecht. We kunnen daar niet mee spelen. Het is belangrijk dat we daar op een goede manier mee omgaan en dat onze burgers meer controle krijgen over de gegevens dan ze nu hebben.

De voorzitter: Mijnheer De Backer, ik wil u feliciteren met uw eerste tussenkomst in deze Kamer. (Applaus)

Sabien Lahaye-Battheu: Mijnheer de staatssecretaris, dank u voor uw heel duidelijk antwoord. Ik onthoud dat de timing heel strak is, tegen mei 2018. Verder onthoud ik dat de werkwijze overleg omvat met het Parlement en de Privacycommissie zodat die commissie in de toekomst als een onafhankelijke regulator zal kunnen opereren. Tevens onthoud ik dat de hervorming niet alleen belangrijk is voor de privacy van onze burgers maar eigenlijk ook voor onze economie en de bedrijven die dan weten waaraan ze zich moeten houden.