Grootouders eisen vaker contact met kleinkinderen via rechter


Recentere cijfers zijn er nog niet, maar volgens Frederik Swennen, advocaat en docent familierecht aan de Universiteit Antwerpen, zit het aantal grootouders dat naar de rechtbank stapt om hun kleinkind te mogen zien in de lift. "Ik heb er geen sluitende verklaring voor, maar de laatste maanden zien we meer en meer van die zaken", zegt hij. "Misschien zijn mensen beter geïnformeerd."

De meeste vorderingen werden in 2008 ingesteld in het rechtsgebied van het hof van beroep van Bergen (160), gevolgd door Gent (126), Luik (110), Antwerpen (76) en Brussel (64). Wat de gerechtelijke arrondissementen betreft, situeert het grootste aantal vorderingen zich in Charleroi (92), gevolgd door Luik (53), Brussel (49), Bergen en Doornik (elk 34) en Dendermonde (32).

Wie als opa of oma naar de rechter stapt, heeft goede kans om aan het langste eind te trekken. "Iedereen, van de buurvrouw tot de meter, kan een omgangsregeling vragen zolang ze kunnen bewijzen dat ze een bijzondere, affectieve band met het kind in kwestie hebben", legt Swennen uit. "Grootouders hoeven dat niet te bewijzen. Hen wordt dat recht principieel toegekend. Het is zelden dat het niet toegewezen wordt."

Redenen om toch de kleinkinderen niet te mogen zien zijn zich te veel moeien met de opvoeding of de vaststelling dat kinderen een te drukke agenda zouden krijgen door extra bezoekjes aan de grootouders. "Maar nogmaals, het moet al heel erg manifest zijn, wil een rechter dit niet toekennen. Ik herinner mij een zaak waarbij ook de overgrootouders naar de rechter stapten. Als de grootouders dan ook nog eens gescheiden zijn, wordt het voor zo'n kind amper doenbaar om overal langs te gaan."

Frederik Swennen (advocaat en docent familierecht):

We zien meer en meer van deze zaken. Misschien zijn mensen beter geïnformeerd.

Bron: De Morgen, 2 april 2010.

 

In 2007 hebben grootouders 664 zaken ingespannen voor jeugdrechtbanken om persoonlijk contact te kunnen hebben met hun kleinkind. In 2006 waren dat er 540, bijna een kwart minder. Dat zegt kamerlid Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld).

Bron: Metro, 2 april 2010.