Helft verkrachtingszaken niet vervolgd


De helft van de verkrachtingszaken wordt geseponeerd. Dat blijkt uit cijfers van de ontslagnemende minister van Justitie, Stefaan De Clerck (CD&V), die kamerlid Sabien Lahaye-Battheu (Open VLD) opvroeg. De belangrijkste reden voor een seponering zijn onvoldoende bewijzen.

'Als je verkracht bent, denk je aan andere zaken dan aan de bewijslast', zegt Kris De Groof, medewerkster slachtofferhulp bij het Steunpunt Algemeen Welzijnswerk. 'Je voelt je vies, je wilt douchen. Maar dan spoel je letterlijk alle bewijzen van de verkrachting weg. Vaak doen vrouwen ook pas dagen, zelfs weken of maanden na de verkrachting aangifte bij de politie.'

Slechts 14 procent van de verkrachtingszaken leidt tot een veroordeling. Dat schrikt af, zegt De Groof. 'De vrouwen zien een aangifte al op voorhand als een verloren strijd. Uit onderzoek blijkt steeds weer dat veel verkrachtingsslachtoffers geen aangifte doen. De statistieken beschrijven dus maar het topje van de ijsberg. Om dat te veranderen, mogen verkrachtingen niet langer taboe zijn. Dan zoeken vrouwen sneller hulp en gaan de bewijzen niet verloren.'

Met een gestroomlijnde opvang zou minder bewijslast verloren gaan, zegt De Groof. 'Amerika geeft het goede voorbeeld. Als een vrouw een verkrachting aangeeft, staat onmiddellijk een heel team voor haar klaar: ze krijgt psychologische, juridische en medische hulp. Dat team begeleidt haar tijdens het hele juridische traject.'

Annemie Serlippens, woordvoerder van het Gentse parket, pareert de kritiek op de slachtofferopvang. 'De politie volgt op dit moment een strikte procedure wanneer een vrouw een verkrachting wil aangeven. In elke politiezone is er gespecialiseerd personeel om het slachtoffer op te vangen en om de bewijzen te verzamelen.'

Volgens Serlippens is het probleem veeleer dat in de meeste verkrachtingszaken de dader en het slachtoffer elkaar kennen. 'Als een onbekende man een vrouw op straat verkracht, geven de vrouwen dat bijna altijd aan. De politie zet dan ook grote middelen in om de dader op te sporen.'

'Verkrachtingen binnen een relatie of binnen de familie komen veel vaker voor. Dat is het grootste pijnpunt. Je bent dan niet veel met het DNA van de dader. Als de beklaagde beweert dat het slachtoffer ook seks wilde hebben, staat haar woord tegenover zijn woord. De twijfel speelt dan in het voordeel van de beklaagde.'

Bron: De Standaard, 21 oktober 2011, Maxie Eckert

 

Seponering van helft verkrachtingszaken

Ongeveer de helft van alle verkrachtingszaken die worden ingeleid bij de correctionele parketten in ons land (3.578) wordt na verloop van tijd geseponeerd.

Dat besluit Open Vld-Kamerlid Sabien Lahaye-Battheu uit cijfers van de jongste jaren die ze opvroeg bij justitieminister Stefaan De Clerck. "Van alle zaken die in de periode 2006-2009 werden ingeleid (in totaal 14.123) en waarvan het onderzoek was afgerond, werden er 6.887 geseponeerd, of 49 procent", aldus Lahaye-Battheu.

Bron: Het Belang van Limburg en Gazet van Antwerpen, 21 oktober 2011

 

Vaak seponeringen voor verkrachtingen 

Ongeveer de helft van de 3.578 verkrachtingszaken ingeleid bij de correctionele parketten in ons land wordt geseponeerd. Dat laat Open Vld-Kamerlid Sabien Lahaye-Battheu weten. In ongeveer de helft (53%) van de geseponeerde zaken was er onvoldoende bewijsmateriaal, in 18% was de dader onbekend terwijl in 12% het niet om een misdrijf ging. Slechts 3% van de seponeringen waren voor verjaring.

Bron: Metro, 21 oktober 2011





Slechts één verkrachter op zeven wordt veroordeeld

Helft aanklachten wordt geseponeerd

Dat de Franse topman Dominique Strauss-Kahn niet vervolgd wordt voor verkrachting, is niet abnormaal. Sterker nog: in ons land is het meer regel dan uitzondering. Slechts één op de zeven verkrachtingszaken leidt tot een veroordeling, zo blijkt uit nieuwe cijfers. GlynisProcureur

Een uitgebreide DNA-databank van verkrachters én verdachten zou speurders veel tijd besparen: Danièle Zucker, Psychologe

Per week doen gemiddeld zeventig mensen in ons land aangifte van verkrachting. Zonder succes blijkbaar, want in slechts tien gevallen wordt de dader effectief vervolgd. Dat blijkt uit cijfers die Open VLD-kamerlid Sabien Lahaye-Battheu opvroeg bij ontslagnemend minister van Justitie, Stefaan De Clerck (CD&V).

Te traag

'De cijfers zijn hard, maar het is de spijtige realiteit', zegt de politica. 'In veel verkrachtingszaken wordt er gewoon te weinig vaart gemaakt. Bijvoorbeeld: als advocate behandel ik de zaak van een meisje dat vorige zomer verkracht werd. De politie heeft een aantal mensen ondervraagd, maar sindsdien gebeurt er niets. Ik houd geen pleidooi om dossiers razendsnel af te handelen, maar de wachttijden voor slachtoffers zijn op dit moment echt te hoog.'

Van de meer dan 14.000 verkrachtingszaken die tussen 2006 en 2009 ingeleid zijn, is er slechts in 2.601 gevallen een uitspraak geweest. Daarbij werden drie op de vier daders schuldig bevonden. 'Dat kan ongetwijfeld sneller én beter', weet psychologe Danièle Zucker. 'Een uitgebreide DNA-databank van verkrachters én verdachten zou speurders veel tijd besparen. En ook de ondervraging van de verdachte moet op een meer doorgedreven manier gebeuren.'

Woord tegen woord

Eveneens opmerkelijk: de helft van de verkrachtingszaken wordt geseponeerd. 'In vijftig procent van de gevallen omdat er onvoldoende bewijzen zijn, en in twintig procent omdat de dader onbekend is', zegt Lahaye-Battheu. 'Pijnlijk, zeker als je weet dat die cijfers nog maar het topje van de ijsberg zijn. Want negen op de tien slachtoffers doen geen aangifte: uit schrik, of omdat ze weten dat het misdrijf verjaard is.'

Dat maakt van België één van de slechtste leerlingen van Europa. Toch zijn de oplossingen niet voor de hand liggend. 'Het is vaak woord tegen woord', benadrukt Zucker. 'Ook al worden er bijvoorbeeld DNA-sporen gevonden, de verkrachter kan altijd blijven beweren dat zijn slachtoffer instemde met de daad. Toch is dat geen excuus: het gerecht moet dringend actie ondernemen. Want zoals de situatie nu is, kan het niet meer.'

Bron: Het Nieuwsblad, 21 oktober 2011

 

Helft aanrandingen wordt geseponeerd

De helft (49%) van alle verkrachtingszaken wordt na onderzoek geseponeerd. Dat blijkt uit cijfers van justitieminister Stefaan De Clerck (CD&V).

Van alle 14.123 zaken die van 2006 tot 2009 werden ingeleid bij de correctionele parketten en waarvan het onderzoek was afgerond, werden er 6.887 geseponeerd. Dat stelt Open Vld-Kamerlid Sabien Lahaye-Battheu aan de hand van cijfers die ze opvroeg bij Justitie. 53% van de seponeringen gebeurde wegens onvoldoende bewijzen. In 12% ging het uiteindelijk niet om een misdrijf, terwijl de dader in 18% van de zaken onbekend was. Verjaring leidde slechts in 3% van de zaken tot seponering.

Ruim 2.600 van de 14.123 verkrachtingszaken uit 2006-2009 had half 2010 een uitspraak opgeleverd (18%). In drie kwart van de gevallen ging het om een veroordeling, in één op de tien om een vrijspraak. In totaal werd dus slechts in één op de zeven zaken iemand veroordeeld. Goed 4.500 zaken (één op de drie) uit dezelfde periode is nog in onderzoek.

Carina Van Cauter (Open Vld), ondervoorzitster van de commissie Seksueel Misbruik, vindt het aantal veroordelingen veel te laag. "Maar we hebben de goede hoop dat er een toename in de maak is nadat onder druk van de commissie de verjaringstermijn werd verlengd. De politie is nu ook verplicht een pv op te stellen en de procureurs-generaal manen de parketten aan er meer aandacht aan te geven."

Bron: Het Laatste Nieuws, 21 oktober 2011