Sabien: "In het verkeersveiligheidsbeleid zijn alle schakels in de ketting belangrijk."


Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, het PS-lid heeft al toegelicht dat het ontwerp in de doelstelling van de Staten-Generaal van 2011 kadert om conform het voorstel van de Europese Commissie het aantal dodelijke verkeersslachtoffers tegen 2020, dus over zes jaar, tot maximum 420 slachtoffers te doen dalen.

 

Het cijfer voor 2012 was nog altijd 672 dodelijke verkeersslachtoffers, wat weliswaar een verbetering was.

 

De doelstelling van het ontwerp is dus heel positief.

 

Mijnheer de staatssecretaris, ik wil in de rand nog eens naar mijn opmerking tijdens de bespreking in de commissie verwijzen. Het ontwerp is voor ons namelijk enigszins een gemiste kans. De regering heeft immers de kans niet gegrepen om de verkeerswetgeving tezelfdertijd te vereenvoudigen en meer leesbaar te maken. Ook duidelijke, begrijpelijke verkeersregels en minder verkeersborden zouden voor alle categorieën van weggebruikers de verkeersveiligheid ten goede komen.

 

Ik heb u daaromtrent al een aantal vragen gesteld. Blijkbaar is de oorzaak van de vertraging en van het aanslepen van het dossier in kwestie een blijvende discussie tussen het federale niveau en de Gewesten, wat Open Vld ten zeerste betreurt.

 

Wij steunen het ontwerp en het verkeersveiligheidsbeleid van de staatssecretaris. Wij willen hier niettemin nogmaals benadrukken dat voor Open Vld alle schakels in de ketting belangrijk zijn.

 

Wat bedoel ik met voormelde uitspraak? Ik bedoel in eerste instantie dat de boetes in proportie zijn en dat er duidelijke verkeersregels zijn. In tweede instantie moeten de controles van de politie vooral op een grotere pakkans en strafkans gericht zijn. In de derde plaats moet er voldoende armslag voor onze politierechters zijn. Ten slotte moet de mentaliteitswijziging er komen waarnaar de heer Jef Van den Bergh ook al heeft verwezen.

 

Mijnheer de staatssecretaris, heel wat boetes zijn de voorbije jaren verhoogd. Een voorgaande spreker heeft er ook al een opsomming van gegeven. Voorliggend ontwerp draagt een steentje tot een verdere verhoging bij.

 

Wij zijn wel tevreden dat het oorspronkelijke idee een limiet van 0,2 promille in te voeren voor beginnende bestuurders uiteindelijk niet behouden is. Wij zijn immers de mening toegedaan dat het controleren van de bestaande regels primeert op het invoeren van nieuwe stigmatiserende regels voor die specifieke doelgroep.

 

Mijnheer de staatssecretaris, toevallig zijn vandaag interessante cijfers in de actualiteit gekomen. U hebt ze waarschijnlijk ook gezien. In totaal is er 430 miljoen euro aan boetes geïnd, een stijging met 12,5 %. De boetes die uitgesproken werden door de politierechtbanken kennen de meest spectaculaire stijging, namelijk met 47 %, van 38 miljoen euro naar 56 miljoen euro. Ook de onmiddellijke inningen zijn gestegen, met een bescheidener 5 %.

 

Deze cijfers zijn onder andere het gevolg van de verhoging van de boetes. Ik wil van de gelegenheid gebruik maken om uw reactie te horen op de kritiek van Touring die luidt als volgt: “Akkoord, de cijfers zijn er, maar het aantal controles primeert op de hoogte van de boetes.”

 

Op een tweede kritiek van Touring heeft collega Van den Bergh al allusie gemaakt. Touring beweert dat van het geld dat men int slechts 23 % terugvloeit naar het Boetefonds en dus naar projecten in verband met verkeersveiligheid. Klopt dit cijfer? Zo ja, wat is uw reactie daarop? Collega Van den Bergh had ook al de kritiek geuit dat dit percentage omhoog moet.

 

Een derde kritiek van Touring is dat de verkeersboetes in ons land twee keer zo snel stijgen als de levensduurte. Ik zal daar straks nog iets over zeggen vanuit de praktijk.

 

Een tweede schakel is de controle door de politie. Bestuurders houden zich blijkbaar beter aan de verkeersregels als zij het gevoel hebben dat zij tegen de lamp kunnen lopen. Controles moeten kwantitatief en ook kwalitatief hoogstaand zijn, gefocust op de plaatsen en tijdstippen waar de veiligheidsrisico’s het grootst zijn.

 

Voorzitter: André Flahaut, voorzitter.

Président: André Flahaut, président.

 

In dit verband wil ik verwijzen naar het opiniestuk van collega Bart Somers, hier ook aanwezig. Hij stelde onder andere dat gewoontes bijsturen een veel grotere volgehouden inspanning vergt, wat alleen kan met herhaalde ingrepen. Daarbij gaf hij als voorbeeld dat in Mechelen drie tot vier keer per week alcoholcontroles worden uitgevoerd, waardoor men het gevoel krijgt niet meer door de mazen van het net te geraken. Op die manier, door die volgehouden inspanning, slaagt men er volgens mijn collega in om daar een mentaliteitswijziging tot stand te brengen.

 

De derde schakel zijn onze politierechters. In vele dossiers doet het onderzoek, gevoerd door politie en parket, het

 

dossier uiteindelijk belanden op het bureau van de politierechter. Het is hij die de dagvaarding, het uittreksel uit het strafregister en het strafdossier in handen krijgt en uiteindelijk een gepaste straf moet opleggen. Wij menen dan ook dat het inzake het opsporen en bestraffen van recidive cruciaal is dat onze politierechters over actuele, geüpdate informatie beschikken. Ik denk dat dit vandaag nog altijd niet zo is. Het is daarom belangrijk dat de centrale databanken rijbewijzen en voertuigen, die de voorbije jaren bij wet werden opgericht, operationeel zijn.

 

Een politierechter kan verschillende straffen opleggen zoals een boete of een ontzetting, maar het kunnen ook alternatieve straffen zijn. Misschien heb ik het in de commissie al een aantal keren gezegd, maar ik zou een lans willen breken voor het meer op maat werken door onze politierechters. Boetes opleggen is één ding, maar het is niet altijd de meest efficiënte manier om iemand tot ander gedrag in het verkeer aan te zetten. Er zijn alternatieve straffen in de zin van werkstraffen. Ik herhaal nogmaals dat men in het zuiden van het land veel meer werkstraffen oplegt dan in Vlaanderen. Waalse politierechters leggen drie keer meer werkstraffen op dan hun Vlaamse collega’s. Een andere alternatieve straf is het volgen van een sensibiliseringscursus verkeersveiligheid, georganiseerd door het BIVV.

 

Waarom benadruk ik zo die alternatieve straffen? Wie fouten maakt in het verkeer moet worden bestraft, maar het moet een straf zijn op maat.

 

Ik kom zelf nog altijd in de politierechtbank waar ik dossiers voor verkeersovertreders pleit.

 

Mijnheer de staatssecretaris, ik kan u zeggen dat voor iemand die een fout heeft gemaakt en die een inkomen van amper 1 300 euro heeft en die een puur financiële straf krijgt, bijvoorbeeld een boete van 500 euro met daarbij nog de gerechtskosten en de bijdrage voor het Fonds voor Opzettelijke Gewelddaden die een keer maar soms ook twee keer kan worden opgelegd, dat een financieel drama is.

 

Vergelijk dat met iemand die correctioneel wordt veroordeeld. De financiële consequenties van straffen die door de politierechter worden uitgesproken, gaan vaak veel verder dan de straffen, uitgesproken door de correctionele rechter. Ik denk dat wij hier toch moeten op letten en vooral straffen op maat moeten opleggen.

 

Mijn laatste punt is de mentaliteitswijziging. Wij hebben dit nog door het BIVV horen zeggen, die vaststelde dat de resultaten niet altijd zijn wat men wil. Mevrouw Genot zegt dat het vooral over een mentaliteitswijziging gaat. Daarin zijn wij nog niet zo ver in dit land.

 

U hebt daarop gereageerd door te zeggen dat u een sensibiliseringscampagne wil opzetten. Kunt u daarover concreter zijn en kunt u ons uitleggen hoe u, samen met ons want wij gaan allemaal voor dezelfde doelstelling, die sensibiliseringscampagne op poten wil zetten zodat wij die mentaliteitswijziging bereiken.

 

Wij zullen het ontwerp steunen.

 

 

Staatssecretaris Melchior Wathelet: Mechelen toont aan dat hoe groter de pakkans is, hoe minder positieve controles er worden vastgesteld. Dat is het bewijs, dat meer controles ook een impact heeft op de verkeersveiligheid. Mevrouw Lahaye-Battheu heeft hierop gewezen en ik wil dat hier herhalen.

 

Dat is de reden waarom wij steeds meer controles organiseren. Ik wil aan mevrouw Lahaye-Battheu zeggen dat er meer boetes worden uitgeschreven, omdat er meer controles worden uitgevoerd. Ik denk niet dat er sprake is van een directe link tussen beide, maar het is niet de bedoeling om meer boetes te kunnen uitschrijven. Als er geen boetes worden betaald, wil dat zeggen dat er geen overtredingen werden begaan, ook al voert met hetzelfde aantal controles uit.

 

Touring wijst op het belang van de controles. Dat klopt, maar volgens mij is het nog belangrijker dat de Belgen de regels respecteren. Hogere boetes betekent dat er nog te veel overtredingen worden begaan en dat er nog meer controles moeten worden uitgevoerd.

 

Wat uw vraag betreft inzake geïnde bedragen die opnieuw worden geïnvesteerd in verkeersveiligheid en in het Verkeersveiligheidsfonds, moet ik toegeven dat ik de cijfers niet uit het hoofd ken. Ik zal ze u echter laten bezorgen. De manier waarop het Verkeersveiligheidsfonds wordt gestijfd, is evenwel niet veranderd. Wij hanteren nu een principe dat wil dat een deel van de boete die personen moeten betalen, omdat zij gedronken hebben, wordt geïnvesteerd in materieel om bijkomende controles te organiseren. Het is de eerste keer dat een deel van de boete wordt gebruikt om meer controles uit te voeren en meer controleapparatuur voor alcohol en drugs aan te kopen. Dat lijkt mij alvast zeer belangrijk.

 

Er worden ook alternatieve straffen ontwikkeld. Ik denk dan onder andere aan de mogelijkheid om verplicht een opleiding te volgen. In plaats van een boete te betalen, moeten sommigen een opleiding volgen.

 

Daartoe werd een amendement ingediend door de heer Bastin en de heer Lutgen. De mogelijkheid van alternatieve straffen staat dus open.

 

Nog een alternatief wordt mogelijk gemaakt, namelijk de onmiddellijke intrekking van het rijbewijs door de politieagent. Dat is heel belangrijk, omdat die procedure niet voor de politierechtbank komt. De politierechters hebben immers veel werk en ik vind het dan ook beter dat de politierechters zich op de belangrijkste en de gevaarlijkste gevallen concentreren. Het heeft geen zin om bijkomend dossiers naar de politierechtbanken te sturen.

 

Het klopt dat wij meer bewustmakingscampagnes zullen organiseren, met een speciale focus op gsm’en achter het stuur. Uit de jongste studie van het BIVV konden wij namelijk opmaken dat steeds meer Belgen bellen achter het stuur. Daarbij besteden wij speciaal aandacht aan de professionele chauffeurs, bijvoorbeeld de vrachtwagenchauffeurs of bestuurders van camionettes of, in het Nederlands – ik leer nieuwe Nederlandse woorden –, bestelwagens. Immers, zij scoren op dat vlak het slechtst. Daarom zullen wij voor hen samen met de sector een campagne voeren om die chauffeurs te sensibiliseren. Overigens, buschauffeurs zijn zeer goede leerlingen, want zij scoren het laagst wanneer het bellen achter het stuur betreft.

 

Pour conclure, monsieur le président, je tiens à remercier tous les membres de la commission. En effet, dans ce dossier, j'ai toujours eu le sentiment que nous avions un but commun: la sécurité routière.

 

Nous avons tenté de travailler dans un esprit constructif, mis à part quelques légères différences, et de garder la sécurité routière comme objectif de la présente proposition. Tout le monde a ainsi pu y contribuer et je m'en réjouis.