Elke dag 110 klachten over huiselijk geweld


Nochtans kunnen parketten er door een wet uit 2012 onmiddellijk voor zorgen dat een dader tien dagen thuis weg moet blijven en dat hij in die periode ook geen contact mag hebben met de slachtoffers, althans als hij een ernstig gevaar vormt voor zijn huisgenoten. Die spoedprocedure werd in het leven geroepen om slachtoffers van zwaar huiselijk geweld te beschermen. "Maar veel magistraten weten nog altijd niet dat die wet bestaat", aldus Lahaye-Battheu.
Bovendien zijn er grote regionale verschillen. "In sommige arrondissementen wordt het huisverbod af en toe toegepast, in andere nauwelijks", voegt Kristien Van Vaerenbergh eraan toe. "Daar komt nog eens bij dat een op de drie plegers dat tijdelijk huisverbod negeert. In twee op de drie gevallen werden die dossiers van overtreding geseponeerd." De parlementsleden vragen dat justitieminister Geens de wet dringend meer bekendheid geeft bij de parketten in ons land.

 


40.000 aangiftes van huiselijk geweld 34 plegers krijgen huisverbod Dit is de bittere realiteit in ons land: jaarlijks doen 40.000 slachtoffers van intrafamiliaal geweld aangifte bij de politie, amper 34 plegers krijgen een huisverbod. "De wet wordt slecht toegepast omdat ze bij de parketten simpelweg niet genoeg bekend is", hekelt parlementslid Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld).

Al drie jaar op rij schommelt het aantal klachten van huiselijk geweld in ons land rond de 40.000. En op al die tijd - periode 2012-2015 - kregen welgeteld 103 plegers een huis- en contactverbod van tien dagen opgelegd, 34 per jaar dus. "Peanuts", zo stellen Kristien Van Vaerenbergh (N-VA) en Sabien Lahaye-Battheu, nadat ze de cijfers vorige week als antwoord van justitieminister Koen Geens op hun parlementaire vragen hebben gekregen.

"Uiteraard vereisen niet al die 40.000 klachten een huisverbod", zo zegt Van Vaerenbergh. "Tussen al die meldingen zitten ook onterechte klachten, er zijn veel gevallen waarbij het via bemiddeling alsnog tot een verzoening komt tussen slachtoffer en dader, en je hebt de klachten waar geen onmiddellijk gevaar dreigt. Maar dat neemt niet weg dat 103 huisverboden op een totaal van 120.000 klachten echt bedenkelijk laag is. Ondanks de wet die een huisverbod in explosieve situaties toelaat, komen al te veel plegers weg met ernstig geweld. Ter vergelijking: in Oostenrijk worden jaarlijks ongeveer 8.000 huisverboden voor twee weken opgelegd. Alleen al in de stad Wenen, waar 1,6 miljoen mensen wonen, zijn er dat 3.000."

"De wet is er gekomen om plegers aan te pakken en slachtoffers te beschermen", vervolgt Sabien Lahaye-Battheu. "Het is in extreme situaties de bedoeling dat de slachtoffers, al dan niet met de kinderen, in hun huis kunnen blijven. En dat de pleger gedurende tien dagen elders gaat afkoelen, zodat het gevaar voor de andere huisgenoten geweken is. Als uit de cijfers ook nog eens blijkt dat van die 103 gestraften er 35 het huisverbod hebben genegeerd, dan scheelt er duidelijk iets met die wet."

Huisraad aan diggelen

Volgens beide parlementsleden is ook goed duidelijk wát er scheelt. "De wet is niet bekend genoeg bij de parketten", aldus Sabien Lahaye-Battheu. "Dat verklaart ook waarom er tussen de arrondissementen zulke grote verschillen zijn. In de ene provincie worden duidelijk meer huisverboden opgelegd dan in de andere."

"Ik heb die onwetendheid bij het parket zélf aan den lijve ondervonden", vervolgt ze. "Een dik jaar geleden kreeg ik als advocaat een doodsbange cliënte aan de lijn. Ze was aan het scheiden van haar man, de stoppen waren doorgeslagen bij hem. Hij had de hele huisraad al aan diggelen geslagen, mijn cliënte was met de kinderen naar boven gevlucht, de man dreigde haar met de hamer achterna te komen. Ik heb de politie gebeld en vervolgens een magistraat. En daar heb ik letterlijk toelichting moeten geven bij die wet terwijl het leven van mijn cliënte en haar kinderen in gevaar waren."

Van Vaerenbergh en Lahaye-Battheu pleiten dringend voor een bredere toepassing en ruimere bekendheid van de wet en hebben in dat verband een wetsvoorstel ingediend. "De parketmagistraten moeten beter op de hoogte worden gebracht van het bestaan van de spoedprocedure zodat de wet ook beter kan worden toegepast, aldus Van Vaerenbergh. "Het is broodnodig dat alle magistratren weten dat ze wettelijk gereedschap in handen hebben om een huisverbod uit te spreken, zodat ze slachtoffers in gevaarlijke situaties kunnen beschermen."

Justitieminister Koen Geens (CD&V) laat weten "dat het aantal huisverboden inderdaad laag ligt" en dat "de praktijk nog weinig ingang heeft gevonden". Maar volgens hem zijn de parketmagistraten wel op de hoogte van het bestaan van de spoedprocedure. "Magistraten krijgen ook opleidingen waarin de procedure wordt belicht", aldus de woordvoerder van Geens. "Er zijn wellicht andere redenen waarom ze het huisverbod niet opleggen. De minister heeft vorig jaar een evaluatie aan het college van procureurs-generaal gevraagd, om te kunnen begrijpen waarom de wet tot op vandaag zo weinig wordt toegepast. Dat onderzoek zal in 2017 afgerond zijn."

Bron: Het Laatste Nieuws, 26 oktober 2016, Annick Grobben en Dieter Dujardin (pagina 1 + 9) 

 

Roep om strengere aanpak huiselijk geweld

Hoewel er in ons land dagelijks 110 klachten van huiselijk geweld bij de politie binnenlopen, kregen de voorbije drie jaar amper 103 plegers een tijdelijk huisverbod opgelegd. En dus wordt er aan de alarmbel getrokken.

Al drie jaar op rij schommelt het aantal klachten van huiselijk geweld in ons land rond de 40.000. De wet van 15 juni 2012 geeft parketten de kans om bij intrafamiliaal geweld onmiddellijk een tien dagen durend huis- en contactverbod op te leggen aan een meerderjarig gezinslid dat een ernstig gevaar vormt voor de andere huisgenoten. De spoedprocedure werd in het leven geroepen om slachtoffers van zwaar huiselijk geweld te beschermen. En in al die tijd - periode 2012-2015 - kregen welgeteld 103 plegers een huis- en contactverbod van tien dagen opgelegd. "Peanuts", zo stellen Kristien Van Vaerenbergh (N-VA) en Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld), nadat ze de cijfers vorige week als antwoord van Justitieminister Koen Geens (CD&V) op hun parlementaire vragen kregen.

"Uiteraard vereisen niet al die 40.000 klachten een onmiddellijk huisverbod", zo zegt Van Vaerenbergh. "Maar dat neemt niet weg dat 103 huisverboden op een totaal van 120.000 klachten echt bedenkelijk laag is. Ondanks de wet die een huisverbod in explosieve situaties toelaat, komen al te veel plegers weg met huiselijk geweld."

Lahaye-Battheu: "Die hallucinante cijfers bewijzen dat veel magistraten nog altijd niet weten dat er een wet bestaat die hen toelaat om bij explosieve gezinssituaties een huisverbod uit te spreken."

"In sommige arrondissementen wordt het huisverbod af en toe toegepast, in andere nauwelijks", aldus Kristien Van Vaerenbergh. "Daar komt nog eens bij dat de voorbije drie jaar één pleger op de drie het tijdelijk huisverbod heeft genegeerd. In twee op de drie gevallen werden die dossiers van overtreding geseponeerd."

Beiden pleiten dringend voor een bredere toepassing en ruimere bekendheid van de wet en hebben in dat verband een wetsvoorstel ingediend. "De parketmagistraten moeten beter op de hoogte worden gebracht van het bestaan van de spoedprocedure zodat de wet ook beter kan worden toegepast dan nu het geval is", aldus Van Vaerenbergh. "Het is broodnodig dat alle magistraten weten dat ze een wettelijke tool in handen hebben om een huisverbod uit te spreken, zodat ze slachtoffers in gevaarsituaties kunnen beschermen."

Justitieminister Geens laat via zijn woordvoerder weten "dat het aantal opgelegde huisverboden inderdaad laag ligt. Maar net daarom heeft de minister vorig jaar een evaluatie gevraagd aan het college van procureurs-generaal, om te kunnen begrijpen waarom de wet zo weinig wordt toegepast", aldus de woordvoerder. "Het onderzoek, dat in 2017 wordt afgerond, zal duidelijkheid moeten geven."

Bron: De Morgen, 26 oktober 2016, Annick Grobben en Dieter Dujardin