Eén op de tien werkstraffen wordt niet voleindigd.


De stijging manifesteert zich niet alleen in correctionele zaken; ook de politierechter vindt een werkstraf steeds vaker doeltreffender dan een boete of een gevangenisstraf. Enerzijds is het een zinvolle straf voor de betrokkene, en anderzijds komt een werkstraf de maatschappij ten goede. Een ander voordeel aan een werkstraf is dat deze enkel wordt vermeld in het strafregister, maar niet in het getuigschrift van goed gedrag en zeden. Dat kan tellen voor iemand die ooit nog moet solliciteren.

 

Opnieuw wordt ook nu in het regeerakkoord een vervolg gebreid aan het programma van Open VLD, en is de regering pleitbezorger voor een adequate toewijzing en een effectieve uitvoering van alternatieve straffen voor opsluiting.

 

In 2005 werden 8.686 werkstraffen uitgesproken, ruim 1.300 meer dan het jaar ervoor. Toen werden er 7.338 genoteerd. 57% van de werkstraffen werd opgelegd door een correctionele rechter, 43% was voor rekening van politierechters, wat in de lijn ligt van de verhouding in 2004. Opvallend is wel dat politierechters in Wallonië veel vaker overgaan tot werkstraffen dan hun Vlaamse collega’s.

 

Het zijn de justitiehuizen, en meer bepaald de justitieassistenten, die zorgen voor de uitvoering en opvolging van de werkstraf die door een rechter worden opgelegd.

 

Het aantal werkstraffen dat niet voleindigd wordt in ons land draait de laatste jaren rond de 1.000. Sabien Lahaye-Battheu, Kamerlid voor Open VLD, vroeg naar cijfers bij minister Vandeurzen.  Meer bepaald werden in 2004, 2005 en 2006 respectievelijk 899, 1.213 en 1.096 dossiers voortijdig stopgezet of niet opgestart. Wanneer het aantal niet-beëindigde dossiers wordt afgezet ten opzichte van het totaal aantal nieuw opgestarte werkstraffen in datzelfde jaar, komen we wat deze jaren betreft tot een mislukkingspercentage van 12%, 13% en 11%.

 

In het geval de werkstraf niet of slechts gedeeltelijk wordt uitgevoerd, wordt dit door de justitieassistent doorgegeven aan de probatiecommissie die de boodschap overbrengt naar het openbaar ministerie. Overgaan tot de uitvoering van de vervangende straf â€" veelal gevangenisstraf â€" waarin de rechter heeft voorzien, doet het openbaar ministerie echter maar zelden, en nooit als het om een gevangenisstraf onder de zes maanden gaat. En daar wringt het schoentje vaak bij weinig gemotiveerde werkgestraften….